Web 2.0 is hot. Sommigen van jullie kennen het, doen het en ‘zijn 2.0’, anderen kennen de term niet, maar doen het (dagelijks) en natuurlijk is er dan nog een groep mensen die het niet kent, niet doet en niet is. Voor de laatste twee groepen volgt hieronder een korte beschrijving van web 2.0, waarna ik de vertaalslag maak naar zorg en patiëntdossiers. Voor uitgebreide beschrijvingen verwijs ik naar sites als wikipedia (op zichzelf een voorbeeld van web 2.0), en weblogs zoals deze, deze en deze.
Als iemand zonder technische achtergrond was ik altijd wat terughoudend en cynisch ten opzichte van mensen die het hadden over web 2.0. Dat klonk als iets van en voor techneuten. Inmiddels ben ik om. Web 2.0 verwijst immers naar interactieve applicaties op het internet en in die hoedanigheid is het een reuze-interesant sociaal fenomeen dat een grote invloed kan hebben en heeft op onze levens. Online identiteiten en communities en identiteiten in ons “echte” leven vloeien meer en meer in elkaar over. Dat wat er op internet gebeurt stelt ons steeds meer in staat onze levens anders vorm te geven. Door de ‘wisdom of crouds’ via sites als wikipedia te mobiliseren wordt de variëteit aan kennis toegankelijker voor grote groepen mensen. Door netwerksites als Hyves (voor vrienden), LinkedIn (voor zakelijke relaties), door weblogs en microblogs (bijv. Twitter) en door online discussiefora komen mensen met geheel verschillende achtergronden, maar met gezamenlijke belangstelling of belangen, met elkaar in dialoog.
Inmiddels wordt er ook gesproken over health 2.0. Zorginstellingen die werken volgens dit concept worden gezien als:
the next generation health companies that leverage the principles of openness, standards, and transparency; utilize the technology tools of collaboration, information exchange, and knowledge transfer; and focuses on delivering value added services that empower health participants (patients, physicians, providers, and payers) with freedom, choice, and accountability for health outcomes.
Empowerment is hier het kernwoord. Doordat patiënten – nu te beschouwen als zorgconsumenten 2.0 – op internet in staat worden gesteld om met lotgenoten in contact te treden en (wetenschappelijke) kennis te zoeken en delen, kunnen zij meer de regie nemen over hun zorgproces.
Praktisch probleem daarbij is dat zorginstellingen vaak nog niet in staat zijn met dergelijke actieve en slimme patiënten de dialoog aan te gaan. Uit onderzoek van de RVZ uit 2003 bleek bijvoorbeeld dat ongeveer 30% van de patiënten voor een huisartsbezoek eerst op internet gaat zoeken naar informatie rondom zijn gezondheidsklachten. Maar tijdens de gesprekken die ik in het kader van mijn promotieonderzoek heb komt helaas maar al te vaak naar voren dat doktoren niet al te enthousiast reageren als je de resultaten van zo’n speurtocht op internet met de arts bespreekt en probeert samen tot een behandeling te komen. Het eerder aangehaalde fragment uit “komt een vrouw bij de dokter” is daarvan een mooi voorbeeld. Wat dat betreft is er dus nog wat meer responsiviteit en een nieuwe mindset nodig bij zorgverleners. Planetree is een mooi voorbeeld van een zorgconcept dat instellingen kan helpen met de nieuwe zorgconsument 2.0 om te gaan.
Wat nu als we het hele “2.0-gebeuren” doorvertalen naar de wondere wereld van elektronische patiënt dossiers? Dan kun je allereerst stellen dat het landelijk EPD niet 2.0 is. Dat dossier is er voorlopig enkel voor de zorgprofessional. De HealthVault van Microsoft en het aankomend EPD van Google komen al meer in de buurt.
Het ultieme 2.0 dossier is er nog niet en je kunt alleen maar filosoferen over hoe zo’n dossier er dan uit zou kunnen komen te zien. Het congres “van patiënt tot zorgconsument”, dat ik afgelopen maandag bezocht, was wel een mooie inspiratiebron voor zo’n filosofische excercitie. Een EPD 2.0 zou bijvoorbeeld de volgende mogelijkheden kunnen bieden:
- Toegang tot algemene gezondheidswiki’s zoals Ask Dr Wiki en wiki’s voor specifieke gezondheidsthema’s en ziekten, zoals wikikidney
- Medische zoekmachines in je EPD, zoals het onlangs in Nederland ontwikkelde Medigo, en healthline. Zulke sites geven bezoekers onder andere de garantie dat alleen sites worden doorzocht die betrouwbare en relevante medische informatie bevatten. Bovendien kunnen gebruikers de kwaliteit van zulke sites raten. Dat laatste is dan weer typisch 2.0: niet de experts bepalen de waarde van een site, maar de ‘wisdom of crouds’ doet dat.
- Automatisch de nieuwste berichten van medblogs in je EPD, bijvoorbeeld berichten van weblogs van patiënten, medische nieuwslogs en weblogs van professionals
- Mogelijkheid om in je EPD je eigen videotheek te creeëren door het downloaden van medische filmpjes van sites als YouTube, ICyou en healththeater.
- Via je EPD in contact treden met communities in sociale netwerken zoals Patients Like Me en hyves als de borstkanker-hyve).
- Vanuit je EPD instappen in virtuele werelden, zoals MS island in VUmc op Second Life.
- Links naar sites waarop zorginstellingen en artsen beoordeeld worden door professionele organen (bijvoorbeeld kiesbeter.nl), door patiënten (bijvoorbeeld drscore.com) of sites waar zelfs verpleegkundigen artsen beoordelen (nursesrecommenddoctors.com).
- Mogelijkheden om via de webcam te communiceren met je arts of verpleegkundige, eventueel op basis van informatie die door middel van telemedicine is verkregen.
Kortom, de wereld van de elektronische patiënt dossiers is een wereld vol kansen. Nu nog goede wegen vinden om die kansen voor verschillende groepen patiënten te benutten. Op naar een EPD 1.0 voor de traditionele patiënt en een EPD 2.0 voor de zorgconsument 2.0!
Interessant verhaal. Ik ben zelf niet zo’n techneut, maar onderschrijf je voorspelling mbt de toekomstige applicaties van internet.
Je zou eens contact op moeten nemen met de vice voorztitter van de Jonge Socialisten, Merel. Zij organiseert binnenkort een thema avond over het EKD en het EPD. Het lijkt me leuk als jij daar bent om een inleiding te houden of een column uit te spreken of zoiets. Ik ben er zelf natuurlijk ook bij, maar organiseer het niet.
GreetZ
Rogier
ps. begin januari weer een hapje eten?
Leuk artikel. Ik denk wel dat het EPD2.0 niet alle genoemde mogelijkheden moet bevatten, maar dat juist via webservices en api’s het EPD2.0 een verzameling van online gezondheidstoepassingen wordt.
@ Martijn. Dank je wel. En ik ben het helemaal met je eens: het epd is meer de toegangspoort tot allerhande webservices en gezondheidstoepassingen. Maar het is wel zaak te zorgen dat de gebruiker het verschil niet merkt.