Skip to main content

Bij veel mensen heeft de eed van hippocrates wellicht een wat ouderwets imago. Die eed, dat is iets uit de oudheid, toch? Maar dat beeld is toch niet helemaal terecht. De huidige beroepseed van artsen stamt uit het jaar 2003 en is naar mijn mening een prachtige tekst.

Voor hen die onbekend zijn met deze eed: de eed van Hippocrates is een eed waarin artsen zichzelf verplichten bepaalde beroepsregels te zullen handhaven. Hij is vernoemd naar de Griekse arts Hippocrates, die zijn leerlingen zo’n 400 jaar voor het begin van onze jaartelling de eed liet afleggen. De huidige Nederlandse versie van de eed heeft nog maar weinig weg van de oorspronkelijke eed.

De eed heeft geen juridische betekenis. Maar de Wet op de Geneeskundige BehandelingsOvereenkomst (WBGO), die in ons land het juridisch kader vormt voor de arts-patiënt relatie, kan natuurlijk niet voor elk concreet geval aangeven hoe een arts moet handelen. Uiteindelijk zal hij toch op basis van zijn professionele standaarden en zijn eigen opvattingen per situatie keuzen moeten maken.

Wat ik met name interessant vind in de eed is de zin “ik luister”. Want wat is luisteren? Daar zijn boeken over volgeschreven, veelal door filosofen en psychologen. Echt luisteren betekent je eigen opvattingen loslaten en niet alleen horen wat iemand zegt, maar ook proberen te achterhalen wat iemand probeert te zeggen. En dat is nogal eens lastig voor artsen, die vaak met grote tijdsdruk te maken hebben en veel patiënten achter elkaar zien. En toch, de sleutel voor goede zorg zit hem in de ontmoeting tussen arts en patiënt, die door het uitwisselen van kennis en ervaringen tot een juiste behandeling komen.

Bettine Pluut

Bettine Pluut zet zich als adviseur en actieonderzoeker in voor goede zorg en een praktijkgerichte overheid. Zij is gespecialiseerd in digitale innovatie, actieonderzoek en patiëntparticipatie.

Leave a Reply