Vorige week promoveerde Geeske Brecht ten Wolde op het onderwerp digitale patiëntenvoorlichting. Haar conclusies? Voorlichting op maat is een stuk effectiever dan voorlichting die niet op maat is gemaakt. Momenteel laat de voorlichting vaak te wensen over, doordat huisartsen o.a. het gevoel hebben over te weinig tijd te beschikken om patiënten goed voor te lichten. Als die voorlichting daarom geautomatiseerd kan plaatsvinden, sla je twee vliegen in één klap: artsen lichten beter voor en het scheelt hen bovendien geld. Helaas zegt het onderzoek weinig over wat digitale patiëntenvoorlichting betekent voor de manier waarop patiënten elkaar voorlichten – en andersom.
Zelf had ik me al eens in deze materie verdiept, omdat ik een onderzoek doe voor een groep zorgverleners die multidisciplinair willen gaan werken en zoeken naar een goede werkwijze en dito invulling van de informatievoorziening. Het viel mij toen op dat er nog weinig te koop is op dit gebied. Infodoc van The Health Agency is volgens mij de bekendste en won ook al eens een prijs. Mooi van Infodoc is dat je de voorlichtingsinformatie op verschillende manieren kan aanbieden: via telefoon, PC, iPod en op papier natuurlijk. Zo kunnen arts en patiënt het medium kiezen dat het beste bij de specifieke situatie past.
Het mooiste is natuurlijk als zo’n voorlichtingssysteem is gekoppeld aan het Elektronisch Patiënten Dossier, zodat het automatisch wordt gevuld. In een voorlichtingsfolder kan dan worden verwezen naar de data waarop arts en patiënt een gesprek hadden, wat de gespreksonderwerpen waren, waarom een bepaald middel is voorgeschreven en hoe dit het beste kan worden ingenomen.
Het promotieonderzoek naar patiëntenvoorlichting lijkt wel vanuit een tamelijk traditioneel te zijn ingestoken. Ontwikkelingen als health 2.0 lijken niet te zijn meegenomen en het onderzoek lijkt te sterk te redenen vanuit de arts: hij of zij kan betere en sneller voorlichting geven. Ik kan mij ook voorstellen dat de toegenomen effectiviteit te verklaren is door toegenomen patiëntgerichtheid. De patiënt kan zich door een speciaal voor hem opgestelde folder immers meer gezien voelen en/of meer het gevoel hebben over de informatie te beschikken die nodig is om voor zichzelf te zorgen. Daarnaast ben ik wel benieuwd hoe voorlichtingsmateriaal dat patiënten van artsen ontvangen zich verhoudt tot de voorlichting die zij elkaar geven in online communities geven. Dergelijke vragen liggen open voor vervolgonderzoek…